Dit rapport beschrijft langjarig onderzoek naar maatregelen die het bodemleven (kunnen) beïnvloeden. Tien methoden zijn zowel als gangbaar als biologisch toegepast. De bodemgezondheid is op verschillende wijzen bepaald. Het microbioom is bepaald, gekeken is naar het voorkomen van bacteriën en schimmels, er zijn biotoetsen uitgevoerd, en de weerbaarheid tegen Rhizoctonia en Pythium is onderzocht. De beschrijving van deze testen is vrij uitvoerig en gedetailleerd in het onderzoeksrapport weergegeven.
Conclusies
- Er zijn opvallend weinig verschillen gevonden in microbiële biomassa tussen het gangbare en biologische systeem.
- De combinatiebehandeling van anaerobe ontsmetting, haarmeel en compost had een sterke afname van de diversiteit van schimmels en bacteriën.
- Vaak leidt een reductie van diversiteit tot afname van bodemfuncties.
- Toename van de bodemfuncties geeft niet altijd een betere weerbaarheid tegen ziektes.
Samenvatting
In een langetermijnveldproef sinds 2006, zijn in 2018 tien verschillende bodemmaatregelen uitgevoerd en onderzocht. In 2018 is het bodemmicrobioom geanalyseerd. In 2018 en 2019 is naar de weerbaarheid van de bodem gekeken aan de hand van biotoetsen. Daarnaast zijn ook nog andere onderzoekstechnieken uitgevoerd om het microbioom en de organische stof in de bodems te beschrijven. Het onderzoek lag op proefboerderij Vredepeel.
Bodemmaatregelen
In de tabel 1.1 uit het rapport staan de toegepaste bodemmaatregelen. Elke maatregel is als gangbaar en biologisch uitgevoerd. De bodemmaatregelen zijn in een bestaande gewasrotatie uitgevoerd.
Metingen
Het microbioom werd op verschillende wijzen geanalyseerd:
- Hoeveelheid bacterie DNA.
- Biomarkers PFLA.
- Biomassakleuring met DTAF.
- Bodemrespiratie
Er werd grond verzameld voor biotoetsen op Rhizoctonia en Pythium. Hierbij werden suikerbieten en tuinkers planten opgekweekt en op groei beoordeeld.
Van de grondmonsters werden ook de fysische en chemische eigenschappen bepaald, waaronder HWC en PMN.
Resultaten micobioom
In 2018 is het bodemmicrobioom geanalyseerd. In vergelijking met de controle was de diversiteit van de twee landbouwsystemen verlaagd in de diverse ontsmettingsbehandelingen (objecten 8 en 9 in het onderzoek) . Ook verschilde de samenstelling van de microbiële gemeenschappen duidelijk tussen de ontsmettingsbehandelingen en de overige behandelingen. Wel was de DNA-concentratie van zowel schimmels als bacteriën vaak hoger in de anaerobe grondontsmetting en de combinatiebehandeling van ontsmetting-haarmeel-compost.
Het biologische en gangbare landbouwsysteem verschilden weinig van elkaar.
Resultaten biotoets
In zowel 2018 als 2019 zijn biotoetsen uitgevoerd om de weerbaarheid van de grond tegen Rhizoctonia solani en Pythium ultimum te meten. Bij R. solani was er in alle behandelingen een hoge ziektegraad en is er dus nauwelijks weerbaarheid gemeten. Voor P. ultimum daarentegen was de weerbaarheid in beide jaren duidelijk hoger in de combinatiebehandeling van ontsmetting-haarmeel-compost dan in de andere behandelingen.
Aanvullende informatie
Er worden in deze studie heel veel afkortingen gebruikt, het zou handig zijn hier een verklarende woordenlijst bij te houden.
Impactscore
Met de Impactscore laten we zien op welke bedrijfsactiviteiten de onderzoekresultaten
direct effect hebben. Een onderzoeksresultaat kan bijvoorbeeld leiden tot het gebruik
van minder gewasbeschermingsmiddelen of minder meststoffen. Dat vermelden we met een
korte toelichting.
Dit onderzoek is gericht op het vergelijken van maatregelen die effect hebben op de bodemgezondheid.
Betrouwbaarheidsscore:
Het onderzoek is meerjarig uitgevoerd en in herhalingen. Het onderzoek is statistisch onderbouwd. Het onderzoek is zeer betrouwbaar.
Auteur
Jean-Marie Michielsen