In het landbouwgebied ten noordwesten van Schokland is sprake van vernatting. Aan de hand van metingen aan grondwater, oppervlaktewater, bodemvocht en -structuur zijn mogelijke oorzaken in kaart gebracht. De bevindingen wijzen op een onderlinge samenhang van grondwaterdynamiek, afvoer vanuit percelen en hoofdwatergang, en een complexe bodemstructuur. Het verhogen van de drainagedichtheid kan de bewerkbaarheid van de bodem verbeteren.
Conclusies
- De lokale en regionale grondwaterstand zijn niet veranderd door de aanleg van de hydrologische zone aan de oost- en zuidzijde van Schokland.
- Verhogen drainagedichtheid verbetert de waterafvoer in de percelen (is klein in verticale richting door complexe bodemopbouw met sterke laagstructuur) waardoor de werking van de nu aanwezige drainage bij hoge neerslagintensiteit inadequaat is (met vernatting tot gevolg).
- Snel verstoringen in de percelen zoals verdichting (door de complexe bodemopbouw) waardoor zorgvuldige landbewerking noodzakelijk
- Wateroverlast is verminderd door aanpassingen aan de directe afvoer van overtollig water uit de hydrologische zone, maar het systeem blijft gevoelig.
- In de percelen blijft het veen en de daarboven liggende kleilaag gedurende het jaar nat door permanente kweldruk en dat resulteert in hoge grondwaterstanden.
- Beperkte berging (buffer) van water in de bodem van de percelen door permanente kweldruk en hoge grondwaterstand.
Samenvatting
In 2004 is gestart met de inrichting van een hydrologische zone aan de oost- en zuidzijde van Schokland om de bodemdaling op Schokland tegen te gaan. Ten westen en noordwesten van Schokland is natschade op de landbouwpercelen. De mogelijke oorzaken van vernatting kunnen bodemdaling, intensievere neerslag en wijziging in het waterbeheer op en rondom Schokland zijn.
Doel project
Wat zijn de oorzaken van de vernatting in het landbouwgebied ten noordwesten van Schokland?
Tweeledig:
- In beeld brengen van de grondwaterstanden en waterpeilen in het gebied rondom Schokland Noord.
- In beeld brengen van de oorzaken van de vernatting ten noordwesten van Schokland.
Methode
2 jaar veldonderzoek in de hydrologische zone, Schokkerbos, het hoge land en de percelen ten noordwesten van het Schokkerbos.
Bodemstructuur, diep en ondiep grondwater, bodemvocht en oppervlaktewaterpeilen zijn gemeten.
Resultaten
- Het regionale stromingspatroon is dominant. Grondwaterstanden zijn relatief hoog vanuit het regionale grondwatersysteem. Op de landbouwgronden zorgt dit periodiek voor beperkte ontwateringsdiepte (verschil grondwaterstand en maaiveld), met name in de winter en het voorjaar.
- In proefperceel 2 was de ontwateringsdiepte in de late winter, voorjaar en najaar van 2021 beperkt van 0 tot 0,3 meter.
- In de overige perioden is de ontwateringsdiepte circa 0,8 tot 1 meter, alleen tijdens langdurige droogte (zomer 2019 en 2020) zakt de grondwaterstand uit.
- Het systeem blijft gevoelig. Ook na het realiseren van de omleidingsroute stijgen de waterpeilen in de kavelsloten bij perioden van hoge afvoer, waardoor de afvoer uit de percelen belemmerd wordt.
- Door de beperkte buffercapaciteit van de bodem zorgt een kleine toename van water door neerslag of hoger peil in waterlopen direct voor een verdere verhoging van de grondwaterstand.
Impactscore
Met de Impactscore laten we zien op welke bedrijfsactiviteiten de onderzoekresultaten
direct effect hebben. Een onderzoeksresultaat kan bijvoorbeeld leiden tot het gebruik
van minder gewasbeschermingsmiddelen of minder meststoffen. Dat vermelden we met een
korte toelichting.
Het verhogen van de drainagedichtheid kan de bewerkbaarheid van de bodem verbeteren met gevolg minder verstoringen in de bodem wat ten goede komt aan de bodemgezondheid.
Betrouwbaarheidsscore:
Het onderzoek is meerjarig uitgevoerd met herhalingen. De resultaten bevatten geen statistische onderbouwing. Het is daarmee betrouwbaar.